Proefexamen N(ovice)

Een staandegolfmeter, opgenomen in de antennekabel van een zender, geeft een indicatie van de:

 
 
 

Een radiozendamateur maakt vanuit de auto een verbinding op 2 meter. Tot zijn schrik merkt hij dat hij een zakelijke afspraak niet kan nakomen.

Hij vraagt aan de radiozendamateur met wie hij verbinding heeft dit telefonisch door te geven.

Dit is:

 
 
 

Dit is het blokschema van een

Het blokje gemerkt X stelt voor de:

 

 
 
 

De letter “R” wordt in de elektronica gebruikt voor een:

 
 
 

Het woord “KILOBYTE” wordt volgens het voorgeschreven spellingalfabet gespeld als:

 
 
 

In een tijdschriftartikel wordt gesproken over “82 mH”.

Deze aanduiding behoort bij een:

 
 
 

Drie condensatoren van 30 nanofarad worden in serie

De vervangingscapaciteit is:

 
 
 

Bewering 1:

Een FM-zender wordt gemoduleerd met een spraaksignaal. De klasse van uitzending is F3E.

Bewering 2:

Via een enkelzijbandzender met onderdrukte draaggolf worden met behulp van een hulpdraaggolf met de hand geseinde morsetekens verzonden. De klasse van uitzending is J2A.

Wat is juist?

 
 
 

De automatische versterkingsregeling van een ontvanger regelt de:

 
 
 

Het spanningsverschil tussen P en Q is:

 
 
 

Wanneer de frequentie van een radiogolf wordt verlaagd, dan:

 
 
 

De seriekring is in resonatie.

De impedantie is:

 

 
 
 

Met een dipmeter bepaalt men:

 
 
 

Dit is een schema van:

 
 
 

Om de maximaal toelaatbare vermogensdissipatie van een weerstand te verhogen, kan men het beste:

 
 
 

 Zes 1,5 V cellen worden op onderstaande manier aangesloten.

 De spanning tussen A en B is:

 
 
 

Op alle TV-kanalen (zowel boven als onder de 2-meter band) ondervindt een TV-ontvanger storing van een 2-meter.

Dit probleem kan worden opgelost door het plaatsen van een:

 
 
 

Het doel van een FM-detector in een ontvanger is:

 
 
 

De FM-detector in een 2-meter ontvanger dient om:

 
 
 

De maximaal toelaatbare stroom bedraagt:

 

 
 
 

De automatische versterkingsregeling (AVR) in een hf-ontvanger heeft als functie:

 
 
 

Op grote afstand van een 21 MHz zender worden rasterstoringen ondervonden in de televisie-ontvangst op kanaal 4 (63 MHz).

De storingen kunnen worden opgeheven door:

 
 
 

De voortplantingssnelheid voor radiogolven in een bepaald materiaal is 250.000 km/s. In dit materiaal is de golflengte van het signaal 2 meter.

De frequentie is dan:

 
 
 

Een radiozendamater met een N-registratie mag in de 70-cm band:

 
 
 

Uit de luidsprekers van een geluidsinstallatie wordt het signaal van een 144 MHz amateurzender hoorbaar. Er is al een netfilter aangebracht en er zijn smoorspoelen in de luidsprekerleidingen geplaatst. De storing blijft ook aanwezig als alle signaaltoevoerdraden zijn losgenomen.

De oorzaak van de storing is waarschijnlijk het gevolg van:

 
 
 

Als selectieve hoogfrequentversterker kan worden gebruikt:

 

 
 
 

Wanneer op een condensator met luchtisolatie een hogere spanning wordt aangelegd, zal de capaciteit:

 
 
 

Overdag is een noord-zuid radioverbinding over 10.000 km vrijwel steeds mogelijk op:

 
 
 

Gedurende een uitzending dient de radiozendamateur zijn roepletters:

 
 
 

De secundaire spanning van een transformator:

 
 
 

In weerstand R1 wordt 10 watt gedissipeerd.

Het gedissipeerde vermogen in de gehele schakeling is:

 
 
 

De bruikbaarheid van de 28 MHz band voor intercontinentaal radioverkeer is het grootst:

 
 
 

Een belasting is aangesloten op een spanningbron.

Wat is de juiste plaats voor een spanningsmeter waarmee we de klemspanning van de spanningsbron willen meten?

 
 
 

Bij geopende schakelaar S dissiperen de weerstanden elk 50 watt.

Als de schakelaar S wordt gesloten, is het gedissipeerde vermogen:

 

 
 
 

De vervangingswaarde is:

 

 
 
 

De roepletters PI4RSN worden volgens het voorgeschreven spellingalfabet gespeld als:

 
 
 

Het gebruik van amateurtelevisie met een bandbreedte van 6 MHz is toegestaan:

 
 
 

Twee gelijke condensatoren met waarde C worden parallel geschakeld.

De capaciteit van de parallelschakeling wordt:

 
 
 

Een FM-zender wordt gebruikt voor het uitzenden van een facsimilé-signaal

De klasse van uitzending is:

 
 
 

Twee of meer golven van een radiosignaal kunnen verschillende wegen volgen naar de ontvangantenne, waardoor de sterkte van het ontvangen signaal

Deze sterkteverandering heet:

 
 
 

Vraag 1 van 40